Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen ging Hilkia henen, en die [51]des konings waren, tot de profetes Hulda, de huisvrouw van Sallum, den zoon van [52]Tokhath, den zoon van Hasra, den [53]klederbewaarder. Zij nu woonde te Jeruzalem in het [54]tweede deel; en zij spraken [55]zulks tot haar. 51. Te weten, dienaren, welker namen, zie boven, vs.20. 52. Ook genaamd Tikva, de zoon van Harhas; 2 Kon.22:14. 53. Versta dit van de klederen des heiligdoms, die dezen Sallum in bewaring gegeven waren. 54. Te weten, der stad. Zie 2 Kon.20:4. Anderen verstaan deze plaats van een vergadering der profeten. Zie de aantekening 2 Kon.22:14. 55. Hebreeuws, naar zulks; dat is, naar hetgeen de koning hun geboden had.